Nieuws
30 januari 2021
“Drones inzetten om de ananasproductie in Benin te verbeteren en nieuwe afzetmarkten aan te boren”
Waarom zou je naar zo’n complexe technologische oplossing grijpen om een landbouwketen te versterken? Waarom drones inzetten voor luchtfoto’s van velden?
Ons programma om de ananassector in Benin een duwtje in de rug te geven, streeft hoofdzakelijk twee dingen na. Ten eerste de waardeketens van de sector en hun marktpositie verbeteren. Ten tweede een gunstig klimaat scheppen waarin landbouwbedrijven tot ontwikkeling kunnen komen. Dus willen we onder meer technologische innovaties verspreiden om de opbrengsten op de plantage te verhogen. Die innovaties moeten bovendien de bedrijven die verse ananas exporteren – of ananassen verwerken tot sap of een gedroogd product – helpen om hun productiviteit te verbeteren.
Hoe rendabel de ananasproductie is, hangt onder meer af van de controle van de irrigatie om waterstress en een tekort aan voedingsstoffen tegen te gaan. Je moet daarvoor op de individuele plant werken. De huidige oplossing is om door de velden te lopen en de planten één voor één te onderzoeken met een expert. Het ministerie van Landbouw stelt adviseurs ter beschikking om de telers te helpen bij deze klus. Het doorkruisen van de velden is echter zeer tijdrovend en niet zonder risico’s: de ananasplanten hebben scherpe bladeren en je kunt je lelijk snijden.
Drones inzetten en algoritmen gebruiken om de beelden achteraf te interpreteren, zal het proces versnellen en de experts een betrouwbare leidraad geven voor hun advies. Het zal ook bijkomende informatie opleveren om de opbrengst van de percelen te berekenen, zoals een nauwkeurige telling van het aantal planten, bloemen, vruchten, enz.
‘Als de zaak winst oplevert, is duurzaamheid een haalbare kaart.’
Door over de velden te vliegen, kunnen bovendien de grenzen van de verschillende plantages beter worden afgebakend. Dankzij die verbeteringen krijgen de ongeveer 5 000 ananastelers de mogelijkheid om zich te professionaliseren. Dat gebeurt door de kwaliteit van de productie te verbeteren en te zorgen voor een goede planning en opvolging.
Is het dan echt nodig om de kwaliteit te verbeteren?
Ja, de kwaliteit verbeteren hangt nauw samen met een van de pijlers van onze interventie: nieuwe afzetmarkten vinden voor de ananassector. Bijvoorbeeld toegang krijgen tot de Europese markten, die een enorm commercieel potentieel vertegenwoordigen. Als we voet aan wal willen krijgen in Europa, moeten we voldoen aan de normen van de Europese distributeurs. In tegenstelling tot de West-Afrikaanse markten, stellen de Europeanen eisen aan het gewicht, de grootte en de kleur van de vruchten. Om verse ananassen te produceren die aan de eisen voldoen, moeten de boeren de productietechnieken beter beheersen, zodat hun ananassen goed groeien en tot volle ontwikkeling komen.
Die technieken houden een preciezere controle van de irrigatie van de planten in en dat gedurende de hele groeicyclus. Die cyclus duurt 18 maanden. Daarnaast maakt het toezicht houden op de goede gezondheid van de gewassen ook deel uit van de technieken. Door drones in te zetten liggen de kosten lager. Zo kunnen de boeren niet alleen nieuwe afzetmogelijkheden en een betere prijs krijgen, maar kunnen ze ook hun winstmarge verhogen.
Bij dit project zijn vele spelers betrokken. Wie zijn dat en hoe zorg je voor een vlotte samenwerking??
Dat klopt, zowel in België als in Benin zijn veel publieke en private spelers bij het project betrokken. Ik ga ze hier niet allemaal opsommen maar ik zal de wel de belangrijkste spelers even op een rijtje zetten. Enerzijds zijn er twee private technologiebedrijven bij het project betrokken. Hier in Benin werd de start-up Global Partners in de arm genomen. Het is hun taak om de technologische hulpmiddelen op te zetten waarmee de beelden die de drones hebben verzameld, worden geïnterpreteerd. De start-up wordt begeleid door VITO. Dat is een Belgisch onderzoekscentrum dat gespecialiseerd is in het uitwerken van oplossingen op basis van luchtfoto’s. VITO staat ook in voor de kwaliteit van de geboden oplossingen. Enabel financiert de invoering van het systeem, inclusief het opstellen van de algoritmes die nodig zijn om de beelden te interpreteren.
Anderzijds wordt het initiatief dan weer gestuurd door een referentiegroep. Die bestaat uit het programma DEFIA, uit de interprofessionele vereniging van de ananassector in Benin en uit het Beninse ministerie van Landbouw. Dat laatste is vertegenwoordigd via het plaatselijk agentschap voor landbouwontwikkeling en het Directoraat Informatiesystemen. Wij wilden talrijke spelers bij het project betrekken omdat dat in onze ogen een essentiële voorwaarde is voor de duurzaamheid van het systeem. Tot slot werken we ook samen met de ngo TechnoServe. Die ngo voert al een soortgelijk project in de cashewnootsector in Benin uit voor Wehubit. Wehubit is een programma van Enabel dat investeert in digitale projecten met een grote impact.
Enabel speelt ook een faciliterende rol. Ons doel is om overlappingen te voorkomen en ervoor te zorgen dat het werk van elke speler complementair is. Wanneer onze interventie voorbij is, ligt de verantwoordelijkheid voor de oplossing in handen van het plaatselijk agentschap voor landbouwontwikkeling. Dat zal medewerkers uitsturen naar de telers om hen advies te geven.
Je hamert op de noodzaak van een kosteneffectieve oplossing voor alle betrokken partijen. Waarom?
‘De betaalbaarheid van de oplossing is de belangrijkste garantie voor de duurzaamheid ervan.’
De ananastelers kunnen van deze dienst profiteren tegen een betaalbare prijs, in termen van een hogere productiviteit en toegang tot nieuwe afzetmarkten. Dat ruimt een eerste obstakel voor duurzaamheid uit de weg. Als de oplossing zichzelf financiert, dan is deze niet afhankelijk van het al dan niet voorhanden zijn van externe financiering. Hetzelfde geldt voor de spelers in de private sector: als de zaak winst oplevert, is duurzaamheid een haalbare kaart.
Door de kosten van de ontwikkeling van het algoritme op ons te nemen, kon de rentabiliteit voor alle partijen worden gegarandeerd. Zo kon het experimentele deel dat eigen is aan elke innovatie worden gefinancierd. Bovendien kunnen de ingevoerde oplossingen voor de ananassector ongetwijfeld worden toegepast op andere sectoren of worden gebruikt in andere landen. Dat biedt de Beninse start-ups nieuwe mogelijkheden om verder te groeien en hun zaken uit te breiden. Het is een win-winsituatie voor iedereen.
Waar staat het project vandaag en wat zijn de volgende stappen?