Visserij in Mali: gezamenlijk beheer om conflicten op te lossen
In Mali zijn visserijzones bron van talloze conflicten. Wie heeft het recht om te vissen, wanneer en hoe? In het verleden vaardigde de overheid wetten uit die niet altijd rekening hielden met lokale gebruiken. Tegenwoordig worden lokale belanghebbenden betrokken bij een proces van gezamenlijk beheer. Zo hebben ze het gevoel dat hun stem beter wordt gehoord.
Lees hier hoe gezamenlijk beheer helpt om duurzame vispraktijken in te voeren en tegelijk conflicten tussen verschillende vissers en gebruikers op te lossen.
Het belang van de visserijsector in Mali
Mali heeft dan wel geen kustlijn, toch speelt visserij er een belangrijke rol. Het is voornamelijk een kleinschalige activiteit die wordt uitgeoefend op rivieren, meren en vijvers. De visserij biedt werk aan zo’n 7 % van de beroepsbevolking en is goed voor 2,4 % van het bbp.
Bovendien speelt de consumptie van vis een cruciale rol in de voedselzekerheid. Vis levert immers bijna de helft van de dierlijke eiwitten die in het land worden geconsumeerd.
Een bron van aanhoudende conflicten
Helaas geven visserijzones vaak aanleiding tot conflicten. Enerzijds tussen verschillende lokale families die aanspraak maken op traditionele eigendomsrechten, en dus op historische eigendom van dezelfde visgrond; anderzijds tussen migrantenvissers (seizoensvissers) en lokale, sedentaire vissers. Lokale vissers bekritiseren anderen voor het niet-respecteren van goede traditionele vispraktijken, die overbevissing tegengaan. Bovendien komen ze in conflict met andere gebruikers van het water, zoals boeren, veehouders, enz.
Gezamenlijk beheer van de visgronden als oplossing
Enabel ondersteunt de overheid bij de invoering van gezamenlijk beheer van visgronden via het Project voor ondersteuning aan de visserijketen in Mali (PAFHa – Projet d’Appui à la Filière Halieutique). Het doel is te komen tot een inclusief, vreedzaam en duurzaam gebruik van de visbestanden in Mali.
Hoe kunnen we dat bereiken? Door de rol van lokale spelers in het visserijbeheer te erkennen. In het verleden werd het visserijbeheer voornamelijk gecentraliseerd door de staat. Vandaag worden lokale gemeenschappen uitgenodigd om deel te nemen aan het besluitvormingsproces. Dat gebeurt via de Raad voor Visserij en Aquacultuur, een adviesorgaan.
Participatief beheer maakt het mogelijk om de verantwoordelijkheid te delen tussen lokale spelers en de staat. Het doel is om rekening te houden met zowel de traditionele kennis en praktijken die door de lokale bewoners worden erkend, als met de moderne maatregelen die door de staat zijn gepland om de biodiversiteit te beschermen en te herstellen.
Vanaf nu moeten alle vissers – ook migranten – zich aan dezelfde regels houden als het om vissen gaat:
- Respect voor de ‘bescherming’: een visverbod gedurende een bepaalde periode om vissen de kans te geven zich voort te planten. Dat is gebaseerd op een consensus binnen het dorp en gaat gepaard met toezicht om te voorkomen dat er toch wordt gevist;
- Verbod op het vissen op beschermde soorten;
- Gebruik – of uitsluiting – van bepaalde vismethoden of vistuig.
De invoering van duidelijke regels waarover een consensus bestaat, voorkomt rechtsonzekerheid en versterkt daarom de naleving van de regels.
Macina: een oud conflict dat eindelijk is opgelost
Gezamenlijk beheer maakt het ook gemakkelijker om oude conflicten tussen gemeenschappen op te lossen. Zoals het geschil over eigendom in de landelijke gemeente Macina, gelegen in de binnendelta van de rivier de Niger. Sinds de koloniale tijd hebben de dorpen Touara, Miérou en Konkongourou de eigendom opgeëist van de visserij in Faradialani.
Na verschillende pogingen om het probleem via de rechtbank op te lossen, gooiden de administratieve overheden het over een andere boeg: ze moedigden de partijen in het conflict aan om hun toevlucht te nemen tot traditionele en gevestigde oplossingen in Macina, gebaseerd op de heilige verwantschapsbanden tussen de Dogon en de Bozo. Volgens een oude traditie in Mali zijn deze twee etnische groepen verplicht om goede betrekkingen te onderhouden. Het PAFHa-project hielp bij het organiseren van een verzoeningsceremonie. Als gevolg hiervan hebben de twee partijen een verzoeningsakte ondertekend die het einde van het conflict aangeeft en beheren ze nu samen de visgronden.
“Deze akte zou als voorbeeld kunnen dienen voor alle visgronden in conflictgebieden in alle dorpen van de gemeente, en zelfs elders. Het toont immers de kracht van onze tradities en culturele waarden in het visserijbeheer.” – Mourzouk YATTARA, burgemeester van de plattelandsgemeente Macina.
Door alle spelers die te maken hebben met de visserij samen te brengen, heeft gezamenlijk beheer het bewustzijn vergroot. Gemeenschappen hebben het potentieel ervan voor conflictpreventie en -beheersing ingezien. Uiteindelijk versterkt gezamenlijk beheer de sociale cohesie rond de visserij.